Simon de Wijs landskampioen na bloedstollende finale
Daarmee is De Wijs nog geen recordhouder want voor zijn partner Bauke Muller betekende het de vijftiende landstitel in de belangrijkste Nederlandse bridgecompetitie, die van de viertallen (teams). Muller was al in 1993 wereldkampioen en was afgelopen weekeinde in denksportcentrum Den Hommel in Utrecht nog net zo gefocust als ruim 25 jaar geleden.Hij is daarmee een van de weinige bridgers die het zo lang volhouden aan de top want ook bridge kan slopend zijn. Zeker voor spelers van ‘gewone’ clubteams die moeten opboksen tegen professionals van gesponsorde teams als ’t Onstein en Het Witte Huis. Dat de Utrechtse bridgeclub Oog in Al zich wederom handhaafde op het hoogste niveau was om die reden een pluim waard. Het Tilburgse Theseus verdiende zelfs een hele verentooi omdat ze het tot de halve finale schopten waarin ’t Onstein-1 met louter internationals met de hakken over de sloot de eindstrijd bereikte.Daarin trof het dus ’t Onstein-2. Tot tweemaal toe leek de finale van 88 spellen, verdeeld over twee dagen, een gelopen race. Na de eerste dag had het eerste team een comfortabele voorsprong van 66 imps opgebouwd. Maar mede door enkele extreem dure misverstanden bij ‘t Onstein-1 werden de verhoudingen zondagochtend in de vierde zitting volledig op hun kop gezet. In twintig spellen richtte ‘t Onstein-2 een bloedbad aan (87-9), waardoor de achterstand ineens in een voorsprong van 12 imps was omgezet. Merkwaardige capriolenMet nog een set van twintig spellen te gaan was de spanning helemaal terug. Dat werd haarfijn aangevoeld door Wubbo de Boer uit Groenekan en Toine van Hoof uit Utrecht die commentaar gaven bij de capriolen van de coryfeeën, rechtstreeks te volgen op een groot scherm. Wanneer de arena een voetbalstadion was geweest had het duo, grondig in de analyses en niet van humor gespeend, het publiek ongetwijfeld op de banken gekregen. Nu keken de vele toeschouwers ademloos toe hoe er toch ook in de top soms vreselijk geblunderd werd. Maar ook de commentatoren moesten accepteren dat de strijd een stuk of vijf spellen voor het einde beslist leek te zijn. Driebergenaar Tim Verbeek, tegenwoordig woonachtig in Amersfoort, was al klaar met zijn zijn set spellen en had zich in de zaal met de toeschouwers genesteld. Hij dacht dat de titel in de tas zat. Maar op het voorlaatste spel dook er alsnog een adder op. ‘Toen Berend (van den Bos, red.) begon te denken, dacht ik, oh nee, hij zal toch niet doubleren.’ Dat deed zijn teamgenoot wel en ineens was de zwaarbevochten voorsprong van het tweede team vervlogen. Uiteindelijk werd het precies gelijk, 152-152, waardoor ’t Onstein -1 landskampioen werd op grond van het resultaat in de dubbele round robin.Zuur, zuur, extreem zuur, na zo’n fantastische inhaalrace. Dat vonden verreweg de meeste toeschouwers en eigenlijk ook wel de spelers van het eerste team die het hun broeders van het tweede, over het algemeen met minder prijzen bedeeld, best gegund hadden. Ze waren door het oog van de naald gekropen, beseften ze. Succesvolle formuleVoor de BridgeBond was het wel de gewenste apotheose die nogmaals onderstreept dat de formule – een finale met publiek, zodat de aansluitende huldiging de ambiance krijgt die het verdient – een succes is. Want behalve de landskampioenen en de runners-up is het een beetje een traditie geworden om ook de overige medaillewinnaars in (internationale) kampioenschappen in het zonnetje te zetten.Dat waren uit de regio Utrecht: Tim Verbeek (Driebergen) zilver op EK viertallen. Tom van Overbeeke (Utrecht) en Ricardo Westerbeek (Utrecht) zilver op EK onder 26. Ronald Goor (Houten) goud op EK onder 21. Mette Lejeune (Linschoten), Esther Visser (Utrecht) en Malene Holm Christensen (IJsselstein) brons op EK vrouwen onder 26. Esther Visser en Malene Holm Christensen wonnen tevens brons op WK vrouwen onder 26. Simon de Wijs (Doorn) veroverde zilver op de WK viertallen en goud tijdens de Champions Cup.