Oud-prof Michel Stolker zette Utrecht op de Italiaanse kaart
Stolker maakte van 1956 tot 1966 deel uit van het profpeloton. Hij was een begenadigd klimmer, hoewel hij pas op 18-jarige leeftijd begon met wielrennen. In 1956 won hij als eerstejaars prof een etappe in de Giro d’Italia. De Italiaanse kranten waren lyrisch over het optreden van de jonge Nederlander. Zijn erelijst had aanzienlijker langer kunnen zijn als hij in zijn jonge jaren geen roofbouw op zijn lichaam had gepleegd. Door de spijkerharde ploegleider Kees Pellenaars werd hij gedwongen in zijn eerste jaar zowel de Ronde van Italië als de Tour de France te rijden. Door een valpartij moest de Zuilenaar de Tour voortijdig verlaten. ‘Dat was nog een geluk, anders was het totale uitputting geworden.’ Stolker ging later werken voor vijfvoudig Tourwinnaar Jacques Anquetil, maar vergat niet soms voor eigen succes te gaan. In 1964 won hij een rit in de Ronde van Spanje en in 1962 het eindklassement van de meerdaagse koers de Midi Libre. Hij ging drie keer van start in de Tour de France en haalde in 1957 (44ste) en 1962 (33ste) Parijs.Stolker was ook een coureur voor de klassiekers. In de Ronde van Vlaanderen, de Ronde van Lombardije, Parijs-Tours en Luik-Bastenaken-Luik eindigde hij in de toptien. In 2007 gaf hij in het tv-programma De Avondetappe van Mart Smeets ruiterlijk toe dat hij tijdens zijn loopbaan doping had gebruikt. Amfetamine was destijds een erg poplair middel in het peloton. ‘Ik durf je met de hand op mijn hart te zweren dat ik opwekkende middelen heb gebruikt. Laten we niet hypocriet zijn, maar zeggen hoe het was,’ verklaarde Stolker tegen Smeets.Stolker woonde al vele jaren in het Brabantse dorp Hoeven.