Jan-Willem van Schip gaat extra trainen op sprint
Van Schip had in de Ronde van Drenthe voor het eerst in zijn nieuwe outfit willen rijden, maar die koers ging zaterdag 14 maart niet door. Nu ook alle andere wegkoersen voor de komende weken zijn afgelast moet de Schalkwijker deze periode een andere invulling geven. Voor Van Schip staat dit jaar alles in het teken van de Olympische Spelen. Hij komt in Tokio uit op twee disciplines op de baan, het omnium waarop hij de vice-wereldkampioen is en de koppelkoers met Yoeri Havik.Op de website van BEAT Cycling laat hij in een telefonisch interview weten enigszins verrast te zijn door de gevolgen van het coronavirus voor de wielersport. ‘Ik had het niet echt zien aankomen. Ik dacht dat het wel mee zou vallen, dus wat dat betreft mag je me naïef noemen. Ik was er niet zo druk mee, maar nu komt het heel dichtbij en nu gaat het echt allemaal niet door. Richting de Olympische Spelen is het niet zo erg en heb ik nu iets meer tijd om super steady en goed te trainen.’Hij heeft besloten zich te richten op explosiviteit, een belangrijk aspect op de piste. ‘Ik moet nu goed in conditie blijven, maar tegelijkertijd wil ik me vooral focussen op die sprint. Ik heb nu drie weken de tijd om heel veel sprintjes te doen. Als je daarbij ook nog zou moeten koersen is dat lastig te combineren, nu kan ik daar echt in investeren. Ik kijk voorlopig vooruit tot 1 april, dan moet ik en nieuw plan maken,’ aldus de lange coureur op de site van BEAT.