Nederlandse vrouwen wereldkampioen waterpolo
Na een razend spannende finale tegen een sterk spelend Spanje hebben de Nederlandse waterpolo vrouwen de wereldtitel binnen gesleept. Beide teams hadden moeite grip te krijgen op het spel van de ander. De ploeg van coach Doudesis zag in het vierde kwart een voorsprong van drie punten zelfs nog verdwijnen en leek daarmee de wedstrijd weg te hebben gegeven, maar na de 12-12 eindstand mistte Oranje geen schot in de strafschoppen reeks, waar de Spaanse Ortiz haar inzet geblokt zag door de vingertoppen van Laura Aarts: 17-16.
Aarts, ook wel Buitenaards genoemd tijdens het waterpolo toernooi, speelde wederom een uitstekende wedstrijd. De keepster die jarenlang voor het Utrechtse UZSC uit kwam en in 2021 nog in het derde team speelde om haar internationale waterpolo carrière af te bouwen, acteert nu weer met groot succes op het wereldtoneel. De steunpilaar in de goal was de ontbrekende schakel die coach Evangelos Doudesis nodig had om de succesploeg op te bouwen. Haar oud-ploeggenote bij UZSC Vivian Sevenich geldt ook als een van de ervaren krachten in de mix van jong en oud dat het begeleidend team graag wilde samenstellen. De midvoor was zeer belangrijk voor de Nederlandse ploeg.
Oranje speelde een aanvallend sterk toernooi en had verdedigend de zaken redelijk goed op orde. Met Aarts in de goal was het plaatje compleet en wist het achtereenvolgens Spanje, Kazachstan, Israël, Canada en Italië te verslaan op weg naar de finale. Het Italiaanse team had in de kwartfinale olympisch- en wereldkampioen Verenigde Staten weten te verslaan, tot opluchting van Spanje dat de eeuwige nummer twee is achter het Amerikaanse team. Het zag de kans schoon om nu eindelijk de wereldtitel op te eisen, maar Nederland stak daar een stokje voor. Voor het eerst in 32 jaar mogen de Nederlandse waterpolovrouwen zich weer wereldkampioen noemen.